Loonsanctie deel 5

21 februari 2022 Geschreven door: Flora van den Berg

Verlenging wachttijd door UWV

Versus loonsanctie

Vaak gehoord is dat de UWV-arbeidsdeskundigen bij gebrek aan artsen de WIA-beoordelingen een jaar zouden willen opschuiven middels een loonsanctie. Dit om de WIA-beoordeling vooruit te schuiven tot er wel een verzekeringsarts beschikbaar is.

Het is eigenlijk niet veel anders dan wat werkgevers soms doen: de WIA-wachttijd verlengen, omdat ze nog niet toe zijn aan een UWV-oordeel. Ik geloof niet dat de loonsanctie gericht gebruikt wordt om de achterstandenlijst te beperken. Wel vraag ik me af wat de arbeidsdeskundigen doen nu er geen doorstroming is, en hun aantal relatief veel groter is dan die van de geslonken groep verzekeringsartsen.

Zonder verzekeringsarts geen WIA-oordeel, en geen arbeidsdeskundig onderzoek, al horen en zien we allemaal creatieve oplossingen. Dat is mooi, maar niet op rekening van de werkgever, noch ten koste van de werknemer.

Het aantal loonsancties neemt toe, zo ervaren sommige werkgevers en ook professionals het op dit moment. Ik heb geen cijfers, en al had ik ze dan weet ik dat het opleggen van loonsancties altijd wisselend is en per arbeidsdeskundige en regio verschilt, zeker in het eerste kwartaal. Cijfers zeggen weinig, maar genoemde verklaringen voor meer sancties zouden anderzijds zeker mogelijk zijn. Probleem is dat alleen het UWV weet wat er nu gebeurt met de tijd die de arbeidsdeskundigen “over” kunnen hebben.

De situatie onder professionals van het UWV als geheel, van procesbegeleider tot verzekeringsarts, is wat betreft werkdruk schrijnend. De meesten koersen niet meer op de RIV-beoordeling. Dat lijkt ook logisch, de re-integratie loopt immers ook na einde wachttijd door. Zolang de werkgever niet tot ontslag overgaat, en een werknemer geen vaststellingsovereenkomst tekent voordat hij het UWV heeft gesproken, en ontslag via het UWV zonder dit WIA-oordeel ook niet snel zal lukken, ligt de re-integratieplicht bij werkgever en werknemer samen, en die kunnen elkaar erop aanspreken. Wat betreft de re-integratie is de sanctie dus geëffectueerd, of de UWV-arbeidsdeskundige nu de regie neemt of niet.

Natuurlijk is de financiële straf anders; geen loonbetalingsverplichting meer, de werknemer kan meestal WIA-voorschotten krijgen. Maar waar is deze straf nu eigenlijk voor nodig als de werknemer ook zelf de werkgever kan aanspreken en dat al twee jaar heeft kunnen doen?

Zolang de achterstanden blijven vraag ik me af hoe in het driepartijenstelsel het UWV de werkgever een loonsanctie kan opleggen vanwege het in gebreke zijn wat betreft de re-integratie, terwijl het in alle andere dossiers waarin zij dat niet doen, de werknemer het UWV in gebreke kan stellen vanwege het niet opleggen van een loonsanctie en/of nalaten van een WIA-beoordeling, en re-integratie zelf kan opeisen bij de werkgever. Alsof re-integratie alleen met een loonsanctie afgedwongen kan worden door het UWV als de werkgever en werknemer samen hun zaken niet goed regelen. Dit alles was eerst kwartetten, maar wordt nu een spelletje zwartepieten. De loonsanctie is al een vreemde vogel in het driepartijenstelsel, en is dat door de UWV-achterstanden nog meer.

Stelling 5:

Het UWV moet onafhankelijke beoordelaar blijven in het driepartijenstel. Met de handen vrij. De loonsanctie past niet in een driepartijenstelsel, dat blijkt bij de huidige hobbel in het proces des te meer.

Dit is nummer 5 van een reeks artikelen over loonsancties. Lees hier deel 1deel 2deel 3 en deel 4.

Inhoudelijk commentaar, kritisch-opbouwend, is welkom en zal ik verwerken of opnemen in de volgende artikelen. De hele reeks wordt geplaatst op MAOK.nl.

Gerelateerde artikelen